Festivalbeschouwingen
Moraalfilosoof Warre Thevelin staat stil bij de laatste festivaldag van 2025.
Deze slotbeschouwing vangt aan met de eerste babbel van het driedaagse festival. Flink op tijd plof ik neer in de foyer van de Theaterzaal. Mijn pen wordt in gereedheid gebracht. Ik haak ‘m vast aan het notitieboek. Enkele schaduwen glijden langs ons heen, rechtsboven, op de trappen naar de imposante theaterzaal. Wij daarentegen hebben meer dan een uur intimiteit in het vooruitzicht.
We luisteren naar auteur Seppe Decubber die vertelt over zijn boek Romeo & Juliet lezen, waarin onder meer huiswerkbegeleiding centraal staat. Hij benadrukt dat zijn focus niet zozeer ligt op het resultaat, maar op het voorbereidende werk: het onzichtbare arbeidstraject dat voorafgaat aan wat we uiteindelijk huiswerkbegeleiding noemen. Die insteek raakt aan de inspiratiebron van deze driedaagse: the map is not the territory. Dominante stemmen vertellen nooit het volledige verhaal. Niet alleen het product (het afgewerkte huiswerk) telt, ook het proces is van belang.
In diezelfde lijn nadenkend over wat we herinneren verwijst antropoloog en archivaris Mitchell Esajas naar Silencing the Past van de Haïtiaans-Amerikaanse historicus Michel-Rolph Trouillot. Te lang zijn onze verhalen verteld door, en over, machthebbers. Wat herinnerd wordt, en wat verzwegen blijft, is geen toeval.
Zaterdagochtend maak ik deel uit van een wat rommelig cirkeltje in het Tolhuispark. Al wandelend luisteren we naar onderbelichte verhalen. De Bulgaarse gemeenschap maakt volgens officiële cijfers vijf procent van Gent uit, maar waar ontmoeten we hun verhalen? Hun precaire werk- en woonsituaties vragen om meer aandacht en solidariteit. In de geest van Trouillot zal een sociaal rechtvaardig heden moeten leren luisteren naar gemarginaliseerde stemmen. Precies daar, zo stelt historica Chiara Candaele, schuilt de kracht van archivering: geschiedenis een plaats geven betekent ook bepalen wie vandaag gezien en gehoord wordt.
De impact van weggemoffelde geschiedenissen toont zich ook in de femtech-industrie. De opkomst en populariteit van technologie gericht op vrouwen is nauw verbonden met de historische medische veronachtzaming van vrouwelijke ervaringen. Nog opmerkelijker is de rol van schaamte rond menstruatie – taboe als vorm van silencing the present – die de vraag naar menstruatie-trackingapps hoog houdt. Onderzoeker Maria Carmen Punzi wijst erop dat deze schaamte, gecombineerd met meer dan 250 miljoen gebruikers, deze apps bijzonder lucratief maakt. Dat maakt ethische alternatieven, zoals de girl-centered Oky-app die ook jongens uitnodigt om zich te informeren, des te relevanter.
Een detail dat meer aandacht verdient. Gendergerelateerde problemen – zoals seksisme, uitbuiting en onderdrukking – raken ons allemaal. Dat is ook waar feministe bell hooks voor pleit in Feminisme is voor iedereen, een tijdloze tekst waar Rosa’s leesclub zich over boog. In heldere taal rekent hooks af met hardnekkige stereotypen en nodigt ze mannen uit tot reflectieve betrokkenheid bij feminisme: “Stel je een wereld voor waar (…) vrouwen en mannen niet hetzelfde of zelfs gelijk zijn, maar waar een visie van wederkerigheid de ethos is die onze omgang vormt.” De wereld als een festival van gelijkwaardigheid.
Dat idee vormt onmiskenbaar een conceptuele kritiek op de naam van ons geliefde festival. Maar laten we het niet bij semantiek houden. De vraag is hoe we gelijkheid – excuseer, gelijkwaardigheid – meenemen voorbij deze wervelende driedaagse. Activisme biedt een antwoord. Zoals Esajas benadrukt, is elke stap richting sociale rechtvaardigheid afgedwongen door activisten die ruimte opeisten. Daarbij bestaan geen universele methoden: context en sociale positie bepalen welke rol je kunt spelen en welke acties binnen je mogelijkheden liggen. Als witte, hoogopgeleide man zullen mijn emoties en boodschap niet snel als hysterisch of brutaal weggezet worden.
En zo keer ik terug naar de foyer, in de schaduw van de Theaterzaal. Seppe Decubber vestigt onze aandacht op een zin uit Romeo en Juliet: “Shall I hear more, or shall I speak at this?”
Voor Romeo is het een afweging. Voor Decubber raakt het aan de kern van de leraar-leerlingrelatie. Voor mij gaat het hierover: drie dagen lang hebben we geluisterd en beleefd. Laat ons nu spreken en handelen – totdat de wereld werkelijk een festival van gelijkwaardigheid is!